Virusscan

Kaspersky Anti-Virus bevat de volgende taken om objecten op virussen te scannen:

  • Aangepaste scan. De te scannen objecten worden door de gebruiker geselecteerd. U kunt alle objecten van het bestandssysteem van de computer uit de volgende lijst scannen: systeemgeheugen, objecten die tijdens het opstartproces worden geladen, systeemback-up, e-maildatabases, harde schijven, verwisselbare opslagmedia en netwerkschijven.
  • Volledige scan. Een grondige scan van het gehele systeem. Standaard worden de volgende objecten gescand: systeemgeheugen, objecten die tijdens het opstartproces worden geladen, systeemback-up, e-maildatabases, harde schijven, verwisselbare opslagmedia en netwerkschijven.
  • Kritieke gebiedenscan. Virusscan van opstartobjecten van het besturingssysteem.

De Volledige scan en de Kritieke gebiedenscan hebben bijzondere kenmerken. Voor deze taken kunt u beter geen wijzigingen aanbrengen in de lijsten met te scannen objecten.

Elke scantaak wordt uitgevoerd in het opgegeven gebied en kan volgens de gemaakte planning worden gestart. Bovendien wordt elke scantaak gekenmerkt door het beschermingsniveau (combinatie van instellingen die de intensiteit van de scan beïnvloeden). De modus voor het gebruik van records uit programmadatabases om naar bedreigingen te zoeken, is standaard altijd ingeschakeld. U kunt ook diverse scanmethoden en scantechnologieën toepassen.

De databases worden door Kaspersky Lab-deskundigen gemaakt en bevatten gedetailleerde beschrijvingen van alle bestaande bedreigingen voor de computerbeveiliging en methoden voor de detectie en desinfectie hiervan. Deze databases worden constant bijgewerkt door Kaspersky Lab wanneer nieuwe bedreigingen de kop opsteken.

Nadat u een volledige scan of kritieke gebiedenscan start, wordt de voortgang van de uitgevoerde taak weergegeven in het onderdeel Scan van het hoofdvenster van Kaspersky Anti-Virus, in het veld onder de naam van de uitgevoerde taak.

Als er een bedreiging is gedetecteerd, wijst Kaspersky Anti-Virus een van de volgende statussen toe aan het gevonden object:

  • malafide programma (bijvoorbeeld een virus of een Trojaans programma)
  • potentieel geïnfecteerd (verdacht), wanneer de scan niet kan bepalen of een object geïnfecteerd is. Het bestand bevat mogelijk code die eigen is aan virussen of aangepaste code van een bekend virus.

Het programma geeft een melding weer over een gedetecteerde bedreiging en voert de toegewezen actie uit. U kunt de uit te voeren acties op gedetecteerde bedreigingen wijzigen.

Wanneer u in automatische modus werkt, zal Kaspersky Anti-Virus automatisch de actie uitvoeren die door de deskundigen van Kaspersky Lab wordt aanbevolen wanneer gevaarlijke objecten worden gedetecteerd. Voor kwaadaardige objecten is deze actie Desinfecteren. Verwijderen indien desinfectie mislukt en voor verdachte objecten Plaatsen in Quarantaine.

Kaspersky Anti-Virus maakt eerst een back-up voor later herstel of latere desinfectie voordat het programma probeert het geïnfecteerde object te desinfecteren of te verwijderen. Verdachte (potentieel geïnfecteerde) objecten worden in quarantaine geplaatst. Hiervoor kunt u de automatische scan voor objecten in quarantaine inschakelen na elke update.

Informatie over de scanresultaten en gebeurtenissen, die zich voordeden tijdens de uitvoering van de taak, wordt geregistreerd in een rapport van Kaspersky Anti-Virus.

Raadpleeg ook:

Uw computer volledig scannen op virussen

Kritieke gebieden van uw computer scannen op virussen

Een bestand, map, schijf of ander object scannen op virussen

In deze sectie:

Het beschermingsniveau wijzigen en herstellen

De opstartplanning voor scans maken

Een lijst met te scannen objecten maken

De scanmethode selecteren

De scantechnologie selecteren

Uit te voeren acties op gedetecteerde objecten wijzigen

Scan uitvoeren onder een andere gebruikersaccount

Te scannen objecttypen wijzigen

Samengestelde bestanden scannen

Scanoptimalisatie

Verwisselbare schijven scannen bij aansluiting

Een snelkoppeling voor een taak maken

Virusscan